Cees Bijl over de nieuwe Cultuurnota: toegankelijkheid voorop

14 februari 2020

Hij is deze week als voorontwerp gepresenteerd: de nieuwe Cultuurnota van de provincie Drenthe, die de titel ‘Cultuur om te delen’ heeft meegekregen. Iedereen mag er nu een mening over geven. Onze gedeputeerde Cees Bijl was dit keer vanaf het begin bij de totstandkoming van de nota betrokken. Wat vindt hij belangrijk in de inhoud?

Toen je aantrad als gedeputeerde in de vorige periode was de Cultuurnota al nagenoeg klaar. Nu was je er vanaf de start bij, hoe was dat?

‘Zeker plezierig om mee te maken. Overigens was het niet zo dat we de afgelopen vier jaar hebben stilgezeten. We hebben op cultuurgebied al verschillende nieuwe initiatieven genomen. Denk bijvoorbeeld aan de steun voor de bibliotheken in onze gemeenten, iets waar we in de nieuwe periode ook mee doorgaan. We hebben de cultuurimpuls geïntroduceerd en ook de popmuziek in beeld gebracht. Allemaal nieuwe accenten. Daarbij is het ook positief dat het Rijk nu meer geld gaat geven voor cultuureducatie op scholen. Zij verwacht terecht dat de provincies daarin mee doen en dat is ook het geval. We kunnen de jeugd al op school laten proeven van cultuur; 94 procent van alle basisscholen doet hierin mee. De scholen mogen eigen accenten leggen en worden geholpen door professionele krachten. Dat zijn goede ontwikkelingen. Ik zeg wel eens gekscherend: de revolutie wordt in Drenthe niet uitgevonden maar de evolutie gaat gestaag door. Ook op cultureel gebied.’

Waarin onderscheidt de nieuwe cultuurnota zich?

‘De brede toegankelijkheid vinden we heel belangrijk. Dus naast de professionele kunst veel ruimte en aandacht voor de amateurkunst. Een mooi voorbeeld vind ik de steun aan het Drents Seniorenorkest; vorige keer vielen zij nog buiten de boot. Maar mensen zijn nooit te oud om hun talenten te ontwikkelen en te tonen, mooi dat ze er nu wel bij zijn. Al met al ondersteunen we een breed palet aan culturele activiteiten en organisaties in Drenthe. We werken daarbij ook aanvullend op wat gemeenten al doen. Niet voor niets heb ik uitgebreid met de 12 wethouders gesproken over waar lokaal behoefte aan is. Met zijn dertienen geven we het Drentse cultuurbeleid samen vorm. Gemeenten zijn bijvoorbeeld ook erg blij met de genoemde cultuurimpuls; dat geeft lokaal prikkels voor bestaande en nieuwe initiatieven. Dat geldt ook voor de steun aan het bibliotheekwerk. We zijn daarmee in Nederland als provincie koploper. We hebben hier veel kleine dorpen, dan is het lastig om een infrastructuur op dit gebied in de lucht te houden. De provincie helpt daarbij.’

De nota zet ook op het versterken van de banden met de provinciale musea.

‘Dat klopt. We hebben er daar vijf van, de bedoeling is dat er in de veenkoloniën ook nog een zesde bijkomt: het Veenpark in Barger-Compascuum. Nieuw is ook de invoering van een regeling op het snijvlak van cultuur en vrije tijd. In het verleden konden we aan een evenement als het bloemencorso in Eelde geen steun geven omdat het niet in het beleid paste. Maar dergelijke evenementen hebben vaak wel veel betekenis voor de sociale samenhang en leefbaarheid. Daarom geven we de gemeenten op dat gebied ook extra financiële steun zodat zij deze initiatieven kunnen ondersteunen. Het is zeker ook een steun voor alle vrijwilligers die er vaak bij zijn betrokken. Zo verbreden we met elkaar het begrip cultuur in Drenthe. We geven ook steun aan het “traditionele” en dat kun je best vernieuwend noemen.’

Het voorontwerp van de Cultuurnota is hier te lezen.

Lees hier het interview met Cees Bijl in Dagblad van het Noorden.

[Foto boven: corso Eelde]