Op zaterdag 7 september togen de leden van de Statenfractie (inclusief partners) naar het Veenpark in Barger-Compascuum. Immers, het nieuwe politieke seizoen stond voor de deur. Een werkbezoek en gezellig samenzijn.
We begonnen met een uitgebreide toelichting van Harrie Keuter, de directeur van het Veenpark. Hij vertelde over de tot standkoming van het park en welke ontwikkelingen het park de laatste jaren heeft doorgemaakt.
Daarna was het tijd voor een rondgang door het park.
We begonnen met een boottocht, daarna een rondwandeling door het oude dorp en langs de plaggenhutten en tenslotte met de trein naar de laatste plek in Nederland waar nog turf wordt gestoken.
Uitermate boeiend en gezellig.
Voor wie het Veenpark niet kent: Het is een groot openluchtmuseum in Barger-Compascuum, gemeente Emmen. Het Veenpark vertelt hét verhaal van Drenthe: het veen, vervening en turfwinning. Het gaat over cultuur, historie, natuur en erfgoed. Geen enkel verhaal over Drenthe heeft de provincie en met name het zuidoosten van Drenthe zo gevormd. In duizenden jaren vormde zich een dik pakket hoogveen aan de oostkant van de Hondsrug. Vanaf begin 19e eeuw begon de vervening van het gebied Drentse Monden. In rap tempo schoof het naar het zuiden op en rond 1860 kwam het gebied van het Veenpark aan de beurt. Het is zichtbaar in het landschap. Het is verankerd in de identiteit en het karakter van de Drentse bewoners.