PvdA stelt vragen over verkoop panden Veenhuizen

16 december 2020

Bij de rondvraag van de vergadering van Provinciale Staten heeft de fractie van de PvdA vandaag vragen gesteld over de voorgenomen verkoop van circa 80 panden in Veenhuizen. Verkopende partij is het Rijksvastgoedbedrijf. De PvdA deelt de zorgen die er zijn over het behoud van de cultuurhistorische waarden van Veenhuizen. Gedeputeerde Cees Bijl (Cultuur) liet weten dat de provincie Drenthe de verkoop nauwgezet blijft volgen.

Statenlid Janny Roggen wees in haar vraagstelling op de recente berichten in de media over de voorgenomen verkoop: ‘De erfgoedvereniging Bond Heemschut pleit voor meer inzicht in deze verkoop en is van mening dat hierbij de borging van de cultuurhistorische waarden leidend dient te zijn, nu en in de toekomst. De Bond Heemschut is bang dat dit belangrijk erfgoed aan de hoogste bieder wordt verkwanseld en dit dan mogelijk gevolgen kan hebben voor het behoud van Veenhuizen en de verwachte Werelderfgoed-status.’

Die laatste zorg kon gedeputeerde Cees Bijl direct wegnemen: de verkoop heeft hier geen invloed op. ‘De status is onafhankelijk van het eigenaarschap van de panden.’ Bijl wees erop dat de verkoop niet bedacht is door de provincie of de gemeente Noordenveld: ‘Het Rijk heeft hiertoe uit bezuinigingsoogpunt besloten. We zijn blij dat het Rijksvastgoedbedrijf een commissie heeft ingesteld die de verkoop begeleidt; een zorgvuldig proces is uitermate belangrijk. De inhoud staat wat ons betreft voorop en niet het rendement dat met de verkoop wordt behaald. De besluitvorming is uiteindelijk voorbehouden aan de staatssecretaris maar wij zullen als provincie het proces nauwlettend blijven volgen en gevraagd en ongevraagd onze mening geven. Niet om voor de voeten te lopen maar wel omdat Drenthe heeft belang bij een goede uitkomst. Het is daarbij verheugend dat velen op dit punt met ons meedenken.’

[Beeld: Rijksvastgoedbedrijf]